X - Schadevergoeding

Artikel 10.1 Immateriële schadevergoeding voor onterechte inverzekeringstelling of voorlopige hechtenis (artikel 533 sv)

  1. Indien de zaak eindigt zonder oplegging van straf of maatregel, of op grond van een feit waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten, wordt hem een vergoeding uit de overheidskas toegekend voor de schade die hij heeft opgelopen door de voorlopige hechtenis.

  2. Onder een vergoeding, als bedoeld in het eerste lid, vallen o.a. kosten van een advocaat en vergoeding vanwege onterechte detentie

  3. Vergoedingen zoals opgenomen in onderstaande tabel zijn gebaseerd op onterechte detentie. Vergoeding van de advocaat wordt bepaald aan de hand van de daadwerkelijke kosten van de advocaat.

  4. Het eisen van een vergoeding is alleen mogelijk indien een advocaat is betrokken bij de zaak.

  5. Indien vanuit de politie wordt besloten dat de persoon vrij wordt gesproken zonder dat er op dat moment een advocaat bij de zaak betrokken is, is er geen mogelijkheid tot schadevergoeding. Een (hulp)officier van justitie dient hierbij dan betrokken te zijn.

  6. Het schadevergoedingdocument kan alleen worden ondertekend door iemand van korpsleiding.

  7. Een schadevergoeding wordt uitgekeerd vanuit de korpsleiding op vertoon van het schadevergoedingdocument.

Vergoeding

Schadevergoeding

per 10 minuten politiebureau

€ 1000,-

per 10 minuten in gevangenis

€ 2000,-

Kosten advocaat

n.t.b (Altijd eigen kosten).

Artikel 10.2 Immateriële schadevergoeding voor buitensporig geweld door overheidsmedewerker

  1. De overheidsmedewerker die is aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, is bevoegd in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening geweld of vrijheidsbeperkende middelen te gebruiken, wanneer het daarmee beoogde doel dit, mede gelet op de aan het gebruik hiervan verbonden gevaren, rechtvaardigt en dat doel niet op een andere wijze kan worden bereikt. Aan het gebruik van geweld gaat zo mogelijk een waarschuwing vooraf.

  2. Subsidiariteit geeft aan of geweld gebruikt mag worden mits het doel niet op een andere manier kan worden bereikt.

  3. Proportionaliteit geeft aan dat de overheidsmedewerker die is aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, niet meer geweld mag gebruiken dan nodig is. Belangrijk is dat het gebruikte geweld altijd in verhouding staat met de ernst van de situatie en het misdrijf.

  4. Indien niet is voldaan aan de vereisten van subsidiariteit en proportionaliteit en er is sprake van buitensporig geweld met schade tot gevolg, dan is de politie aansprakelijk voor de veroorzaakte schade. De schadevergoeding wordt bepaald aan de hand van onderstaande vergoeding tabel.

  5. Het eisen van een vergoeding is alleen mogelijk indien een advocaat is betrokken bij de zaak.

  6. Een uitzondering op lid 6 is indien vanuit de politie zelf wordt aangegeven dat er buitensporig geweld is gebruikt zonder dat er op dat moment een advocaat bij de zaak betrokken is. Een (hulp)officier van justitie dient hierbij dan bij betrokken te zijn.

  7. Het schadevergoeding document kan alleen worden ondertekend door een advocaat of (hulp)officier van justitie en/of korpsleiding.

Vergoeding

Schadevergoeding

Onterecht gebruik wapenstok als geweldsmiddel

€ 500,-

Onterecht gebruik stroomstootwapen als geweldsmiddel

€ 750,-

Onterecht inzet surveillancehond als geweldsmiddel

€ 850,-

Onterecht gebruik vuurwapen (cat. 1) als geweldsmiddel

€ 1500,-

Onterecht gebruik vuurwapen (cat. 2) als geweldsmiddel

€ 2000,-

Artikel 10.3 Immateriële schadevergoeding voor buitensporig geweld door burger tegen overheidsmedewerker

  1. Een overheidsmedewerker zoals bedoeld in dit artikel is een ambtenaar in functie werkzaam voor: Politie.

  2. Bij bepaling of buitensporig geweld van toepassing is geworden uitgegaan van Artikel 7 Eenvoudige mishandeling (300 SR), Artikel 8 Zware mishandeling (302 SR), Artikel 3 Gijzeling (282 SR) en Artikel 4 Bedreiging (285 SR). Artikel 5 Doodslag (287 SR) en Artikel 6 Moord (289 SR) zijn alleen van toepassing indien het een "poging tot" betreft.

  3. Buitensporig geweld dient tegen een overheidsmedewerker te zijn toegepast.

  4. Indien verdachte voor lid 2 wordt veroordeeld wordt de boete die ontstaat uit de artikelen benoemd in lid 2 met 25% verhoogd en komt dit 25% deel als vergoeding ten gunste van de getroffen overheidsmedewerker.

  5. Indien meerdere overheidsmedewerkers slachtoffer zijn van buitensporig geweld, dan wordt de vergoeding zoals beschreven in lid 4 evenredig verdeeld over de overheidsmedewerkers.

  6. Een vergoeding die ten gunste komt van de getroffen overheidsmedewerker is alleen mogelijk indien een advocaat is betrokken bij de zaak.

  7. Een uitzondering op lid 6 is indien er een besluit is genomen door een (hulp)officier van justitie die betrokken wordt bij de zaak.

  8. Het schadevergoedingdocument kan alleen worden ondertekend door korpsleiding.

  9. Schadevergoeding wordt uitgekeerd vanuit de korpsleiding op vertoon van het schadevergoedingdocument.